Apotheken hebben een controlerende functie. Die rol kennen we allemaal. Over de verdeling van de taken tussen de huisartsenpraktijk en de apotheek kunnen we discussiëren. Soms is het een kwestie die draait om bestaansrecht. Maar werkzaamheden veranderen gedurende de tijd en ook in de toekomst zal het er anders uitzien, mede door wet- en regelgeving. Arts en apotheker zijn in mijn toekomstvisie gedwongen constructief samen te werken. Beide komen tijd en handen tekort. Er is steeds meer schaarste aan personeel voor het runnen van de huisartsenpraktijk. Apothekers zijn er voldoende, maar ook in apotheken zie je steeds meer personeelstekorten.
Tussenfuncties in huisartsenpraktijk en apotheek
In de huisartsenpraktijk en apotheek zie je nu al een duidelijke verschuiving ontstaan door diverse tussenfuncties. Doktersassistenten, praktijkverpleegkundigen en de Spreekuur Ondersteuner Huisarts (SOH) voeren zelfstandig spreekuren onder supervisie van de arts. Apothekersassistenten en farmaceutisch consulenten voeren zelfstandig medicatiereviews uit onder supervisie van de apotheker. Deze zorgverleners weten van elkaar niet wat de namen van deze functies inhouden. Ik bedoel dat de apothekersassistent niet weet welke taken de Spreekuur Ondersteuner Huisarts zelfstandig mag uitvoeren en andersom. Ik ken geen doktersassistent die precies kan vertellen wat een farmaceutisch consulent doet. Laat staan dat een patiënt door de bomen het bos weet te vinden.
Het schipperen tussen advies en medische taken in de apotheek
Als apotheek willen we waarde toevoegen aan de zorg voor patiënten. Wij willen steeds meer adviseren. We zijn een laagdrempelige organisatie in de zorg, mensen komen met allerlei vragen naar onze balie. Die vragen zijn soms niet echt voor ons bedoeld, maar toch kunnen we vaak de goede weg wijzen.
Zo zijn er patiënten die met zeer speciale verzoeken komen, noch voor de apotheek noch voor de huisarts. Misschien zijn we daar zelf ook wel schuldig aan. Je kunt bij de apotheek je bloedsuiker laten controleren en bij de praktijkondersteuner terecht met lichamelijke klachten. Apothekers raakten betrokken bij het vaccineren, dus was de ‘scheiding’ niet meer zo duidelijk voor bezoekers. Is dat fout? Ik kan je daar het antwoord niet op geven.
Laatst kreeg ik een anekdote ingezonden over het prikken van gaatjes in de oren. De patiënt van een apotheekhoudend huisarts vroeg of ze even gaatjes voor haar oorbellen kon laten schieten. De desbetreffende assistente gaf aan dat dit een taak voor de juwelier was. De patiënt vond dat maar lastig, want de juwelier zat een dorp verderop.
